26 april 2017, woensdag

26 april 2017 - Yogyakarta, Indonesië

Heerlijk geslapen vannacht; kon ook niet anders want het was gisteren een lange dag. Ons hotel Duta Garden ligt aan de rand van het centrum van Yogyakarta. Maar van de drukte hebben we geen last. Onze kamer kijkt uit op een prachtige binnentuin. Vanaf een rotspartij klatert het water zo het zwembad in. Tot nu toe hebben we niets te klagen gehad over de keuze van de hotels. Ze waren stuk voor stuk fris, schoon en hadden vriendelijk personeel. Na het ontbijt willen we de stad ingaan en fort Vredeburg bezoeken, daarna een Passar en misschien het paleis (Kraton) van de Sultan, maar we willen vooral dwalen! Het zal wel een afwijking zijn. Maar toevallige ontmoetingen en voorvallen op straat zijn voor ons de krenten in de vakantiepap. Buiten het hotel zien we een paar Becaks (fietstaxi's) staan. Ze zijn vrij klein. We spreken een prijs af met de berijders en laten ons in twee Becaks naar Kantor Pos rijden. Wat een vreemde toestand. Je voelt je koninklijk en belachelijk tegelijk. Onderweg begint het spel van de berijder. Geïnteresseerd wordt gevraagd naar het verblijf in de stad, wat de plannen zijn en even later komen zijn suggesties van wat er te zien is en natuurlijk wil meneer dat allemaal voor ons regelen. Tidak (nee). Dat gaat niet gebeuren. Einddoel blijft kantor Pos. Nog éénmaal onderneemt hij een kreatieve poging om meer geld te beuren. Hij haalt zijn familie er bij. ZIjn kleindochter spaart namelijk vreemde valuta. Vooral euro's of US dollars. "Do you have some?" Als we bij kantor Pos aankomen, wordt deze prachtige smoes door Marjolein (Ibu Rupiah) beloond met een twee euro muntstuk. Fort Vredeburg is gebouwd door de Hollanders in de achttiende eeuw om de Sultan in zijn paleis in de gaten te houden, onder het voorwendsel dat hij zo beschermd zou worden. Momenteel is er een tentoonstelling over de strijd van Indonesië naar onafhankelijkheid. Interessant om door de bril van Indonesië de geschiedenis te zien. Na dit leerzame uitje duiken we weer de stad in. Weg met culturele uitstapjes. Het dwalen begint. De honderden stalletjes trekken ons verder de bloedhete straten in.
Overal ruikt het anders, soms verkwikkend, soms smerig. Bedelaars, zakenlieden, zwendelaars, kinderen slapend op een stukje karton. Bij het grote toeristenbureau willen we gedetailleerde landkaarten van het gebied waar we de komende dagen doorheen zullen trekken. Maar helaas. Dit kantoor heeft alleen maar foldertjes. We worden naar een boekwinkel gestuurd - in the Mall. We komen in een modern winkelcentrum terecht, waar we omgerekend voor nog geen euro per stuk, prachtig gedetailleerde regio kaarten kopen, die in Nederland minstens 15 euro kosten. Op de terugweg vlakbij ons hotel verdwalen we in een wijk. Het is een doolhof van kleine gangetjes. We vragen in ons beste Indonesisch de weg en de bewoners helpen ons lachend uit dit labyrint. En zo bereiken we moe en verhit het hotel waar een stapel wasgoed prachtig gestreken op ons wacht. En terwijl we onze dorst lessen met koude limonade bedenken we opeens dat we niet op de thee zijn geweest bij de Sultan in zijn paleis.

Foto’s

3 Reacties

  1. Caroline:
    26 april 2017
    Weer een prachtig verhaal van jullie droomreis het lijkt wel een sprookje! groetjes uit een koud Nederland! Caroline
  2. Jelle:
    26 april 2017
    Tjongejonge, wat is het toch een bijzondere cultuur! Het is geen dag saai... geniet er maar van ;-)
  3. Annemarie Pronk:
    29 april 2017
    Elke dag weer een avontuur én een feestje, heel bijzonder, heel boeiend !!